Op onze school willen we de slaagkansen van alle leerlingen zo groot mogelijk maken. Daarom investeren we in een zorgbeleid die het onderwijs toegankelijk moet maken voor zoveel mogelijk leerlingen. Hierbij wordt aandacht gegeven aan verschillende noodzakelijke schoolse vaardigheden. De zorgwerking op onze school is gebaseerd op de zorgpiramide of het zorgcontinuüm. Deze zorgstructuur bestaat uit verschillende fases: preventieve basiszorg, verhoogde zorg, uitbreiding zorg, een individueel aangepast curriculum (IAC) en overstap naar school op maat. De leerkrachten (zowel klassenleraars als vakleerkrachten) zelf zijn in de eerste plaats verantwoordelijk voor de zorgwerking in de klas. Zij staan immers in direct contact met de leerling. 

De leerkracht wordt hierbij ondersteund door het zorgteam. Ons zorgteam bestaat uit: 

  • Directeur: Caroline Berckmoes-Joos adjunct-directeur: Marijke Verbeke en coördinator: Liesbeth Fierens 
  • Zorgcoördinator: Christa De Ridder en leerlingbegeleiders: Koen Bonné en Elien De Roeck 
  • Secretariaatsmedewerker: Ella Lutin-Smet  
  • CLB – medewerkers.  

In sommige gevallen roepen we ook de expertise van externen in, die samen met ons de ontwikkeling van de kinderen wil opvolgen en stimuleren. 

Preventieve, brede basiszorg (fase 0): 

Onze school biedt een brede basiszorg aan. Hierbij horen maatregelen die opgenomen worden in de algemene klas- en schoolwerking. Dit zijn over het algemeen differentiërende en remediërende maatregelen. Vooral de leerkracht is aan zet.  Dat betekent dat die zorgt voor:  

  • Een veilig pedagogisch klimaat, waar kinderen zich goed voelen en op een beleefde manier voor hun mening kunnen uitkomen, waar ze leren omgaan met elkaar en zichzelf beter leren kennen. Op onze school gebeurt dat o.a. op de startdag, tijdens het contactuur, door het toepassen van het anti-pestbeleid en gezondheidsbeleid… 
  • Een flexibele klasorganisatie met duidelijke afspraken, klasinterne differentiatie op maat van de leerlingen, aanbieden van motiverende werkvormen, een krachtige leeromgeving… 
  • Een uitgebreid basiszorgplan, dat iedere nieuwe leerling en ouder ontvangt op onze infoavond in het begin van het schooljaar. (zie bijlage) 
  • Het melden van zowel positieve zaken als problematische situaties via het digitaal leerlingvolgsysteem. Zo kunnen bepaalde problemen vroegtijdig aangepakt worden. 
  • Het aanbieden van taalondersteuning, sessies leren leren, huiswerkklas, studiecoaching, studeren op school… 
  • Laagdrempelig contact met leerlingen en hun ouder(s)/voogd. 

Verhoogde zorg (fase 1): 

De school zorgt voor een organisatie die afgestemd is op een brede zorg die proactief en preventief werkt. Soms heeft een kind meer nodig dan enkel de basiszorg en heeft de leerkracht de hulp van het zorgteam nodig om een leerling verder te helpen.  

Tijdens het overleg van het zorgteam (CEL) proberen we antwoorden te vinden op vragen van leerkrachten, ouders en/of leerlingen. Dit kan gaan over leren en studeren, leerloopbaan, fysiek welzijn of sociaal-emotionele ontplooiing. 

In het zorgteam wordt afgesproken wat er aan extra hulp kan geboden worden en dit wordt duidelijk gecommuniceerd (via Schoolware, mail of klassenraden) naar de betrokken partijen. Voor hen worden er dus na overleg in het zorgteam en in overleg met de ouders en het kind zelf REDICODImaatregelen (remediërende, differentiërende, compenserende of dispenserende) afgesproken, met als doel hen verder te kunnen helpen in hun ontwikkeling. De 7 pijlers van het handelingsgericht werken vormen onze leidraad.  

Deze leerlingen krijgen dus ‘uitzonderingsmaatregelen’ die hun kans op slagen en hun welbevinden verhogen. Dit wordt pas na het eerste oudercontact (oktober) ingevoerd als de algemene basiszorg niet voldoet. 

Uitbreiding van zorg (fase 2): 

Indien deze genomen maatregelen niet voldoende zijn, schakelt de school de hulp van externen in. Onder deze vorm van zorg is het soms nodig om de kennis van deze mensen in te schakelen, die in overleg met de ouders en de school samen op weg gaan om hulp te bieden aan het kind. Het CLB wordt op vraag van de school en/of de leerling/ouders betrokken bij de individuele probleemanalyse. Dit kan op verschillende manieren: 

• de vraag wordt besproken op de cel leerlingenbegeleiding waarvan de CLB-medewerker lid is. De cel neemt zelf het initiatief om de leerling te begeleiden of formuleert een voorstel aan de begeleidende klassenraad; 

• indien ook de cel leerlingenbegeleiding niet meteen een oplossing ziet, kan een aanmelding bij het VCLB overwogen worden. Specifieke, leerlinggerichte maatregelen en ondersteuning in fase 1 van verhoogde zorg kunnen dan worden verder gezet, aangepast of geïntensifieerd. In deze vorm van zorg is het soms nodig om de kennis van externen in te schakelen, die in overleg met de ouders en de school samen op weg gaan om hulp te bieden aan het kind. Het gaat hier om het inschakelen van logopedisten, kinesisten, ergotherapeuten, revalidatiecentra, begeleiding van het ondersteuningsnetwerk De Accolade… 

We zoeken naar redelijke aanpassingen en proberen binnen het gemeenschappelijk curriculum (= behalen van leerplandoelstellingen, eindtermen en sleutelcompetenties) te blijven. Vaak wordt dus in fase 2 een individueel, handelingsgericht, diagnostisch begeleidingsplan (traject) uitgewerkt door het CLB op maat van de leerling.  

Individueel aangepast curriculum (IAC) / overstap naar een school op maat (fase 3): 

Soms kunnen we de leerlingen die kans op slagen en het verhogen van het welbevinden niet meer bieden. Indien dit niet haalbaar blijkt, kan een individueel aangepast curriculum (IAC), met vrijstellingen voor bepaalde vakonderdelen nog een optie zijn. In dat geval is een gewone attestering niet meer mogelijk.  

Als zorgteam kunnen we ook op weg gaan met de ouders en het kind om een overstap naar een school op maat te maken. Een dergelijk proces kan niet zonder tussenkomst van het CLB. We kunnen ouders hierin zo goed mogelijk begeleiden.